Eerste NOW-uitspraak: Payrollbedrijf mag volledige loonkosten niet doorberekenen

Eerste NOW-uitspraak: Payrollbedrijf mag volledige loonkosten niet doorberekenen

De Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW-regeling) is nu enige tijd van kracht. Inmiddels is ook de eerste rechtszaak over deze regeling gevoerd. Deze eerste zaak is er gelijk een met een opvallende uitkomst. In deze Legal Update bespreekt juridisch medewerker Tess Meerding de relevantie van deze uitspraak voor werkgevers die actief zijn in de payroll- en uitzendsector en werkgevers die gebruik maken van de diensten van deze sector.

Op 12 augustus jl. heeft de Rechtbank Gelderland zich in een kort geding gebogen over de vraag of inlener Kroftman haar facturen aan Payroll-bedrijf Nettstaff volledig moest voldoen, ook nu Nettstaff gebruik maakte van de NOW-regeling.[1] Kroftman stelde zich namelijk op het standpunt dat zij de volledige facturen, betreffende de inlening van werknemers, niet hoefde te voldoen nu Netstaff door de NOW-regeling gecompenseerd werd in de loonkosten. Zij voerde daarbij aan dat zij direct vanaf het begin van de coronacrisis bij NettStaff erop had aangedrongen om afspraken te maken over de facturering, nu zij zelf geen rechtstreeks beroep op de NOW-regeling kon doen voor de bij haar tewerkgestelde uitzendkrachten. Dat NettStaff nu toch aanspraak wilde maken op betaling van het volledige factuurbedrag doet geen recht aan de intenties van de NOW-regeling, aldus Kroftman.

NettStaff stelde daarentegen dat de NOW-regeling is bedoeld voor partijen die loonkosten moeten maken en omzetverlies lijden ten gevolge van de coronacrisis. NettStaff heeft de loonkosten voor de uitzendkrachten bij Kroftman moeten maken en heeft een omzetverlies geleden van 40-45%. Zij is dus degene die aanspraak kan maken op compensatie op grond van de NOW-regeling en zij kan er niet toe worden verplicht deze tegemoetkoming in de vorm van een korting met haar afnemers te delen, aldus NettStaff.

De voorzieningsrechter komt tot een ander oordeel. Hij oordeelde dat het in dit geval niet redelijk zou zijn als Kroftman 100% van de loonkosten aan NettStaff zou moeten betalen. Dat zou immers niet stroken met de intenties van de overheid bij het invoeren van de NOW-regeling, namelijk het behoud van werkgelegenheid. Hierbij is doorslaggevend dat door Kroftman is aangevoerd en is onderbouwd dat in de uitzendbranche in dit verband onderlinge afspraken worden gemaakt en dat op die manier de NOW-regeling ten goede komt aan de partij die de uitzendkrachten daadwerkelijk aan het werk houdt. Hierbij is voorts van belang dat Kroftman steeds heeft verzocht om overleg en een oplossing. Kroftman had de samenwerkingsovereenkomst ook bij aanvang van de coronacrisis kunnen opzeggen om zo het oplopen van hoge kosten te voorkomen, maar heeft dit juist in afwachting van een regeling tussen partijen niet gedaan.

Conclusie

Kortom, het staat niet vast dat Kroftman gehouden is de volledige factuurbedragen te voldoen. Om die reden wordt de vordering in kort geding niet toegewezen. Daar komt nog bij dat door Netstaff ook het spoedeisend belang onvoldoende aannemelijk is gemaakt en niet kan worden ingezien waarom een bodemprocedure niet kan worden afgewacht.

Zoals gebruikelijk in een kort geding is de kwestie met deze uitspraak niet finaal beslecht. Toch heeft de uitspraak in de praktijk veel stof doen opwaaien, met name onder payroll- en uitzendbedrijven. Zij zouden in het licht van deze uitspraak gehouden kunnen worden hun NOW-compensatie te delen met hun afnemers in de vorm van een korting. Hetgeen natuurlijk de nodige financiële gevolgen met zich meebrengt. Netstaff heeft echter aangeven het niet eens te zijn met de uitspraak en daarom de bodemprocedure voort te zetten, deze zaak krijgt dus nog een staartje! [2]

[1] Rb. Gelderland 12 augustus 2020, ECLI:NL:RBGEL:2020:4079

[2] ‘Rechter stemt in met lagere uitzendfactuur bij NOW-steun’, FD 24 augustus 2020

Top